Nieuws
Het beheersen van de extrusietemperatuur bij co-extrusie is cruciaal om een optimale hechting tussen PE- en PP-lagen te garanderen PE/PP gecoëxtrudeerde folie . Hier zijn de stappen die u moet volgen:
Bepaal de smeltpunten van PE en PP: PE heeft doorgaans een smeltpunt tussen 120-130°C, terwijl PP een smeltpuntbereik van 160-175°C heeft. Deze informatie zal als uitgangspunt dienen voor het instellen van de extrusietemperatuur.
Begrijp de mengverhouding: Bij co-extrusie moet de mengverhouding van PE- en PP-lagen worden bepaald. Deze verhouding zal de algehele regeling van de extrusietemperatuur beïnvloeden.
Verwarm de extruder voor: Voordat u met het co-extrusieproces begint, moet u de extruder voorverwarmen om de extrusietemperaturen te bereiken die nodig zijn voor zowel PE- als PP-lagen. Hierbij kan het gaan om temperatuurzones langs de extrudercilinder.
Optimaliseer het extrusietemperatuurprofiel: Terwijl het materiaal door de extruder beweegt, worden verschillende zones met verschillende temperaturen ingesteld om een goede smelting en vloeiing van zowel PE- als PP-lagen te garanderen. Over het algemeen worden de smelttemperaturen van PP hoger ingesteld dan die van PE om de vloeibaarheid en hechting met PE te behouden.
Gebruik thermische controlesystemen: Integreer thermische controlesystemen zoals verwarmings-/koelelementen, thermokoppels en infraroodsensoren om de temperatuur tijdens het extrusieproces te bewaken en te regelen. Dit helpt bij het handhaven van stabiele extrusieomstandigheden.
Pas indien nodig de temperatuur aan: Als de hechting tussen PE- en PP-lagen niet optimaal is, kunnen op basis van proefruns kleine aanpassingen aan de extrusietemperatuur worden gemaakt. Dit kan gepaard gaan met het verhogen of verlagen van de temperaturen in specifieke zones om het proces te verfijnen.
Regelmatig testen en kwaliteitscontrole: Om een consistente hechting te garanderen, dient u regelmatig tests uit te voeren op de gecoëxtrudeerde film om de eigenschappen ervan te beoordelen. Dit kunnen onder meer afpelsterktetests, barststerktetests en hechtsterktetests zijn. Door de resultaten te analyseren kunnen eventuele noodzakelijke temperatuuraanpassingen worden doorgevoerd om de hechting tussen PE- en PP-lagen te optimaliseren.
Het is belangrijk op te merken dat de regeling van de extrusietemperatuur ook kan worden beïnvloed door andere factoren, zoals het ontwerp van de schroef, de smeltstroomsnelheid, de verblijftijd en de koelomstandigheden. Daarom wordt aanbevolen om een ervaren extrusie-ingenieur of -technicus te raadplegen om de procesparameters aan te passen en de co-extrusietemperatuur voor uw specifieke PE/PP-gecoëxtrudeerde film te optimaliseren.